Klemtoon en nadruk / accenten

Ingediend op 30-05-2017 om 15:39 door Dorine in 't Veld

Status: Goedgekeurd
Type standaard: 6 Punts
RFC-ID: RFC-000367

Uitleg van het verzoek:

Wijzigingsverzoek

In zwartschrift worden in beklemtoonde woorden of woorddelen de klinkers a, e, i, o en u met het accent aigu-teken weergegeven. Dit is een klein van links naar rechts oplopend schuin streepje dat in zwartschrift boven beklemtoonde klinkers wordt geplaatst.

De Standaard van 2005 definieerde slechts twee accent aigu-klinkers:

  • e accent aigu [é]: ⠿ (123456)
  • o accent aigu [ó]: ⠬ (346)

Voor á, í en ú (respectievelijk a-, i- en u-accent aigu) was er geen brailleteken gedefinieerd. De Standaard van 2005 gaf wel de mogelijkheid voor deze accent aigu-klinkers – en ook voor de e en o accent aigu – het drukwijzigingsteken (456) te gebruiken.

Voorbeelden:

Dat is léúk.
⠨⠙⠁⠞⠀ ⠊⠎⠀⠸⠇⠑⠥⠅⠲

Móéilijk gaat óók.
⠸⠨⠍⠕⠑⠊⠇⠊⠚⠅⠀ ⠛⠁⠁⠞⠀ ⠸⠕⠕⠅⠲

Voor de lezer is het echter onduidelijk wat er in zwartschrift staat: drukwijziging (cursief, vet, onderstreept en/of wijziging van lettertype) of nadruk d.m.v. een accent aigu-klinker.

De Standaard van 2005 geeft ook geen uitsluitsel over de plaats van het drukwijzigingsteken indien gebruikt voor woorden waarin een ander woorddeel dan het eerste wordt benadrukt: vóór het woord of vóór het benadrukte woorddeel?

Voorbeeld:

Natúúrlijk!

⠸⠨⠫⠁⠞⠥⠥⠗⠇⠊⠚⠅⠖

of

⠨⠫⠁⠸⠞⠥⠥⠗⠇⠊⠚⠅⠖

Om deze onduidelijkheden op te helderen stelt de werkgroep voor de accent aigu-klinkers als volgt te definiëren:

  • a accent aigu [á]: ⠷ (12356)
  • e accent aigu [é]: ⠿ (123456)
  • i accent aigu [í]: ⠌ (34)
  • o accent aigu [ó]: ⠬ (346)
  • u accent aigu [ú]: ⠾ (23456)

Voorbeelden:

Brávo!

⠨⠃⠗⠷⠧⠕⠖

Geef het hém.

⠨⠛⠑⠑⠋⠀ ⠓⠑⠞⠀ ⠓⠿⠍⠲

Dat is léúk.

⠨⠙⠁⠞⠀ ⠊⠎⠀ ⠇⠿⠾⠅⠲

Je móét komen.

⠨⠚⠑⠀ ⠍⠬⠿⠞ ⠀⠅⠕⠍⠑⠝⠲

Ga búíten spelen.

⠨⠛⠁⠀ ⠃⠾⠌⠞⠑⠝⠀ ⠎⠏⠑⠇⠑⠝⠲

Móéilijk gaat óók.

⠨⠍⠬⠿⠊⠇⠊⠚⠅⠀ ⠛⠁⠁⠞ ⠀⠬⠬⠅⠲

De voorgestelde braillerepresentaties zijn genoegzaam bekend en worden ook voor andere zwartschrifttekens gebruikt. Aangenomen mag worden dat er geen verwarring zal ontstaan dankzij de (literaire) context waarin de beklemtoonde klinkers voorkomen.

Voorafgaande discussie

Hoofdstuk 2.7: beklemtoonde klinkers: in de Nederlandse brailletabel komen (slechts) twee accent aigu-klinkers voor: de e accent aigu (123456) en de o accent aigu (346). Voor á, í en ú (respectievelijk a-, i- en u-accent aigu) is geen brailleteken gedefinieerd.

Bij e en o is eenduidig onderscheid mogelijk in braille: “óók” wordt geschreven als:
⠬⠬⠅- met tweemaal o-accent-aigu
maar mag ook worden geschreven als:
⠸⠕⠕⠅- met drukwijzigingsteken

De braillestandaard geeft niet aan, wat de voorkeur heeft of wat wanneer moet worden gebruikt. NB: notatie met het drukwijzigingsteken geeft de braillelezer geen uitsluitsel over de notatie in het zwartschrift.

Hoofdstuk 2.8: het drukwijzigingsteken (456) kan ook gebruikt worden voor cursief (schuin), vet, wijziging van lettertype, onderstreping en benadrukkingsteken: tot drie woorden eenmaal vóór elk woord, indien meer dan drie woorden tweemaal vóór het eerste woord en eenmaal vóór het laatste woord. In een zin als: kan de braillelezer dus niet weten welke varianten in het origineel staan:
⠨⠊⠅⠀⠺⠊⠇⠀⠸⠙⠁⠞⠀⠝⠥⠀⠸⠚⠥⠊⠎⠞⠀⠸⠺⠑⠇⠲

Mogelijkheden:
Ik wil dat (cursief) nu júíst (met klemtoontekens) wel (vet en onderstreept).
Ik wil dát (met accent aigu) nu júíst (vet) wel (onderstreept).
(Enz.)

Verzoek en bijdragen discussie

Het verzoek is te onderzoeken of het mogelijk is accentletters eenduidig weer te geven in braille en verschillende vormen van nadruk te onderscheiden in braille.

Bart Simons

In de praktijk zie ik dat voor beklemtoonde a en u wordt teruggegrepen naar het accent grave: “Daarnà werd het stil.”, “Je moet nù komen.” Voor de i wordt soms accent circumflexe en soms trema gebruikt.
“Doe het nîet. (braille 146)”; of “Doe het nïet. (braille 12456)”. Niet rechtlijnig, maar te verkiezen boven drukwijzigingsteken.

Hans Smit

Ik ben het eens met Bart voor wat betreft het gebruik van (456) midden in een woord. Voor wat betreft de geaccentueerde i zie ik meestal (34), de i-accent aigu. Dit kan m.i. niet worden verward met een wiskundig teken omdat de i-accent tussen letters staat en de (34) in wiskunde gepaard gaat met tenminste één cijfer (vaak twee). Gebruik van (12456) voor de geaccentueerde i heeft het nadeel dat dit ook wordt gebruikt voor de i-trema, die aangeeft dat het woord waarin het voorkomt anders moet worden uitgesproken dan wanneer er een zuivere i staat. Ofwel: (34) heeft de voorkeur.

Jean-Paul

Jean-Paul deed opzoekingswerk en kwam bij Zuiderse talen (o.a. Spaans, Catalaans, Italiaans) uit bij het volgende:
a accent grave (12356)
o accent aigu (346)
u accent grave (23456)

Dorine

Het lijkt erop dat de commissie 2005 als volgt heeft geredeneerd: het gaat om de ‘semantiek’; je wilt weten of iets de nadruk krijgt; hoe dat ‘representatief’ gebeurt, is van minder belang. Dat botst met het oorspronkelijke representatieve karakter (precies kunnen weten hoe iets in zwartschrift geschreven is of moet worden) van braille. De reden om voor ‘semantiek’ te kiezen, ligt voor de hand: er is een ‘tekort’ aan ‘logische’ brailletekens, er wordt al gauw toevlucht genomen tot kunstgrepen (die vervolgens nieuwe problemen creëren).

In de situatie voor 2005 is als ik het goed heb ook een tijd gewerkt met punt 5 voor een letter om aan te geven dat het een accent kreeg. Daarbij werd niet gespecificeerd welk accent, dat ‘moest je weten’. Deze oplossing vonden lezers waarschijnlijk storend (net zoals nu in discussies naar voren komt: liever niet teveel voorlooptekens).
In educatieve teksten is het vaak belangrijk om te weten of iets vet, onderstreept of cursief is, vooral wanneer een opdracht luidt, dat je iets met de vette en (niets of) iets anders met de onderstreepte en/of cursieve woorden uit een tekst moet doen. Een hybride oplossing (half semantisch/half representatief) kan zijn:

  • het huidige benadrukkingsteken voor nadruk die door accent aigu wordt aangegeven
  • een slash (?) voor cursief
  • een asterisk voor vet
  • een underscore voor onderstreept

Hierbij gelden dezelfde regels (nieuwe) regels voor ‘permanent’. Deze oplossing sluit goed aan bij gebruik van een brailleleesregel en is ook voor zienden logisch. Overweging: een slash voor cursief.
Het oneigenlijk gebruik van accentletters als ï terwijl een benadrukte i wordt bedoeld, moet m.i. vermeden worden. Het is m.i. beter de braillelezer uit te leggen dat in zwartschrift een letter een accent aigu kan krijgen om nadruk te krijgen en dat er soms één, soms twee klinkers een accent krijgen. Alleen letters, die wij in het Nederlands uit het Frans hebben overgenomen als ‘regulier teken’, krijgen (of behouden) een eigen brailleschrijfwijze: de é, de à en de ê. Een í of ù (enz.) moet alleen als zodanig geschreven worden als dit voorkomt in een buitenlands woord. En dan volgen we de World Braille Usage.

Hans Smit 2 maart 2018

bij punt 2.3: wij houden het principe aan om de zwartdrukweergave te volgen. De beklemtoonde e wordt in zwartdruk altijd met accent aigu weergegeven, of het nu om “hee” of om “he” gaat. Niet logisch, omdat het op verschillende manieren wordt uitgesproken. Gaan wij dit desondanks toch overnemen?

Dan de i met accent. De i-aigu (ascii 141) wordt in 8-punts braille met 347 aangegeven, althans volgens de Europese code. Pleit dit voor de 6-punts weergave toch niet voor 34?

 

 

 

Welk alternatief stelt u voor?

Er werd geen alternatief opgegeven.